Vallée de la Molignée

In dit artikel laten we u kennis maken met de vallei van de Molignée, een voor velen onbekende regio in het 'Pays des vallées'. Wij beschouwen dit nochtans als de mooiste streek van het land, laten we u uitleggen wat deze locatie zo boeiend maakt...

De meesten onder ons die een trip naar de Ardennen plannen, richten hun pijlen meestal op bekende dorpen en steden zoals La Roche, Durbuy, Bouillon, Vielsalm. Geheel niet onterecht, want in andere artikels op deze blog zullen ook deze plaatsen worden aangeprezen als 100% de moeite waard.

Wanneer we een trip maken naar deze regio's, veelal zo'n 200 à 250km van Avelgem verwijderd passeren we zonder het te weten enkele prachtige plaatsjes, die we enkel kennen van de verkeersborden langs de snelweg.

Een streek die zeker de moeite waard is voor een pitstop, een weekendje weg of een kampeervakantie is de vallei van de Molignée.

Op zo'n anderhalf uur rijden vanuit Avelgem, ontspringt de rivier de Molignée in Mettet, een gemeente die vooral gekend is voor zijn race-circuit. Iets verder, in Denée, start de N971, een kronkelende asfaltweg van zo'n 14km langs de Molignée tot in Anhée, waar de rivier uitmondt in de Maas. Je bereikt Denée door op de snelweg Mons - Namur de afrit Sambreville te nemen.

De N971 tussen Denée en Anhée

De vele attracties, campings, eetgelegenheden en wandelmogelijkheden maken van deze route de ideale uitvalsbasis voor een geslaagde trip. Ook is dit een prachtige manier om de Ardennen binnen te rijden wanneer u onderweg naar bvb de streek van de Semois die saaie autosnelweg af wil, en wil genieten van een prachtig decor onderweg.


De abdij van Maredsous
Na vijf minuutjes rijden langs de Molignée, passeert u twee abdijen. De eerste is de abdij van Maredret, de tweede is de abdij van Maredsous. Deze tweede is dan ook meteen de meest bezochte trekpleister op de route. Op zon -en feestdagen bezoekt u deze plaats best in de voormiddag. Na de middag kan u hier al snel een half uur aanschuiven om een hapje of drankje te bemachtigen. Dit valt een stuk beter mee op weekdagen.
De abdijbieren op het vat zijn een echte aanrader. Wie een snelle hap wil, vraagt best één van de huisbereide boterhammen. Hiervoor hoef je niet aan te schuiven, deze worden meegegeven aan de bar.
Maredsous is voor ons een vaste pitstop bij elke terugrit van de Ardennen.

Iets verder langs de Molignée komen we de dorpjes Sosoye en Falaën tegen. Deze twee dorpen staan op de lijst van "plus beaux villages de Wallonie', en dit geheel terecht.


Sosoye

Sosoye staat bekend als het dorp van de bergbeklimmers. Wie van hieruit vertrekt voor een fikse wandeling, begrijpt als snel waarom! Het restaurant 'Les Montagnards' is een absolute aanrader, vooral voor de vele forelbereidingen.
Camping 'Le grand étang de la Molignée"

Falaën is de reden waarom deze streek al jaren onze uitvalsbasis is voor een kampeervakantie in de zomer. Dit dorp was in 2006 het decor voor de film 'De Indringer'. Bij een bezoek aan de filmlocaties kwamen we terecht op camping 'Le grand étang de la Molignée'. Deze camping is gelegen op de grens van Sosoye en Falaën, en is met zijn vijver en geweldige fauna en flora een toplocatie! Tijdens heldere zomernachten wordt u hier getrakteerd op een sterrenhemel, zoals u deze nergens anders in het land kan aanschouwen. Vanwege het ontbreken van een officiëel onthaalpunt, vele kampeerplaatsen zonder elektriciteit en slechts één douche, hoeft u hier wel op niet al te veel luxe te rekenen. Ook is het hier op zon -en feestdagen overdag redelijk lawaaierig vanwege de vele motorfietsen die op de weg langs het terrein scheren.


Sterrenhemel Falaën
Een tip voor een niet-campingvakantie in Falaën is 'Gîte Véci'. Deze gîte in het centrum van Falaën biedt een appartement met tuin voor vier personen aan, en een studio voor twee personen. Beide hebben een eigen badkamer en keuken.

Nog steeds in Falaën vindt u ook één van de twee startpunten van de railbike-routes. Hier kan u met met een railbike (fiets op de sporen voor vier personen) richting Maredsous fietsen en terug. Bij aankomst in Maredsous krijgt u zo'n anderhalf uur de tijd om de abdij te bezoeken (15 minuten wandelen tot aan de abdij).
Langs deze sporen vindt u ook een volledig vernieuwd fietspad. Hierop kan je fietsen of wandelen van Maredsous tot Anhée.

Ook een bezoekje waard, nog steeds op het grondgebied Falaën, zijn de ruïnes van het kasteel van Montaigle. Vanaf deze ruïne heeft u een prachtig uitzicht op de streek.
De ruïnes van Montaigle

In het kasteel van Falaën zelf, waarvoor u even moet afwijken van de route, kan u het heerlijke streekgerecht 'Li Crochon' proeven. Dit broodje, gevuld met hesp en kaas, wordt in het kasteel zelf, in de oven bereid.

Verder langs de N971 passeert u nog Warnant. Hier start een tweede etappe van de railbike, tot in Falaën. Warnant is vooral bekend voor zijn escargotière. Deze slakkenkwekerij, die zeker een bezoekje waard is, is de leverancier van escargots voor vele restaurants in de Ardennen en daarbuiten.

Aangekomen in Anhée, het eindpunt van de N971, vindt u het toeristisch centrum van de streek. Hotel-restaurant "Les jardins de la Molignée" is bij vele vlamingen bekend vanwege zijn aanwezigheid op cadeaubonnen zoals bvb Bongo. Aan de overkant van het hotel vindt u een bijhorende brasserie, waar u heerlijke fondue kan verkrijgen, en de toeristische dienst van de streek.

Net voorbij Anhée is uiteraard Dinant ook een bezoekje waard, maar meer over Dinant in een volgende post.
Tussen Anhée en Dinant vindt u trouwens nog 'Ferme de Grange'. Een deel van deze boerderij werd omgebouwd tot enkele gîtes + een kamer met ontbijt voor twee personen. De kamers werden dit jaar volledig vernieuwd. Wanneer u de boerderij verlaat, kan u rechtstreeks de bossen in voor enkele prachtige wandelingen.

Veel plezier in de vallei van de Molignée!

Tom en Lien.

De Transardense Route

Inleiding Het begon allemaal in 2011… Lien en ik gingen intussen reeds een tweetal jaar, meermaals naar de Ardennen. Samen z...