Het damhert: Schattige bambi, of toch niet ?

Damherten Wildpark Saint-Hubert
16 april 2020, tijdens volle coronacrisis. We wandelen langs de vuile coupure te Avelgem om een glimp op te vangen van de blauwborst.
Van een kale reis teruggekomen op het jaagpad, ontmoeten we een mede-natuurliefhebber die ons kent. “Lien, kan je even de bosrand afgaan met je verrekijker?”, vraagt hij. "Er ligt een hertachtige in de weide, en jullie zijn de kenners." Lien merkt na enkele seconden onmiddellijk een rustend damhert op in de aangrenzende weide (zie foto).
“Ben je zeker dat het een damhert is?”, vraagt hij ietwat ontgoocheld… Uiteraard had hij maar al te graag een ree ingevoerd op waarnemingen.be, maar helaas…

Op een verdwaald exemplaar in 2017 na, hebben reeën hun weg naar Avelgem spijtig genoeg nog niet gevonden.

Rustende damhert hinde onder de Avelgemse kerktoren.
Het is meteen duidelijk dat het damhert ontsnapt is uit de achterliggende weide met aangrenzend bos aan de binnenkant van coupure Deweer. Hier lopen tientallen damherten van een privé-eigenaar. We besluiten na onze wandeling aan te bellen bij de eigenaar om het uitgebroken damhert te melden, één exemplaar terughalen moet immers wel lukken.

Echter een tweehonderdtal meter verder is de situatie al een pak uitzichtlozer: vijf damherten lopen op een andere aangrenzende weide en vluchten het bos in wanneer ze ons opmerken.

Na een telefoontje aan de eigenaar en een controle, blijken 13 damherten te zijn ontsnapt.
Hoe en of de dieren kunnen worden teruggebracht naar de weide laten we over aan de eigenaar, maar wat hier die 16de april gebeurde, gebeurt helaas af en toe. “Waarom helaas?” denkt u vast, dit zijn toch schattige dieren?


Vijf ontsnapte exemplaren bij coupure Deweer
Ons land telt twee inheemse hertachtigen: de ree en het edelhert. Behalve bij een kweker, vind je deze laatste enkel terug in de grootste bossen van ons land: in de provincie Limburg en vooral in de Ardennen. 

Al kom je het edelhert niet zomaar tegen. Ze komen niet in elke Ardense regio voor, en zijn uitermate schuw. Als ervaren wildspotters hebben wij met onze kennis van plaats en tijdstip reeds enkele waarnemingen op de teller staan.

Edelherten Saint-Hubert, september 2019
De ree vind je overal, zowel in Vlaanderen als Wallonië. Een ree verschuilt zich in bosjes (deze hoeven niet groot te zijn) en hoge vegetatie, maar verkiest het open landschap wanneer er geen gevaar dreigt. Daar knabbelen ze aan twijgjes en gewassen, wat hun favoriete maal is. Dat is ook een reden waarom men een ree sneller spot in Vlaamse regio’s en regio’s op de rand van de Ardennen, dan in dicht beboste gebieden. Maar dat is niet de enige reden: vele gesprekken met Ardense boswachters en veldwachters leren ons dat het hert geen ree in zijn buurt duldt, en men dus niet snel een ree zal spotten als er herten in de buurt zijn en omgekeerd.

Jaren ervaring in het wildspotten leert ons dat dit zeker geen fabeltje is, wat ons meteen ook bij het verhaal van het damhert brengt.

Toen Lien en ik in 2009 voor een drietal jaar aan de rand van het Kluisbos gingen wonen merkten wij al snel dat je in het bos nooit alleen bent. Naast de vele vogels, muizen en andere kleine fauna, kwamen wij af en toe een tiental herten tegen op onze avondwandelingen, soms zelfs langs de openbare weg.

Begin januari 2011 konden wij de ganse bende vastleggen op de gevoelige plaat ter hoogte van ‘vergane glorie’ restaurant Le Bouquet Roubaisien in Orroir (zie foto).

Damherten Kluisbos, januari 2011
Wij vonden deze “bambi’s” een prachtige bende, tot we ons de komende jaren verder verdiepten in de wereld van de hertachtigen en erachter kwamen dat onze schattige mede-inwoners damherten waren…


Het damhert is eigenlijk een exoot (zie: soort die in België niet thuishoort), is een pak kleiner dan het edelhert, heeft een 'platter' gewei en heeft meestal de witte 'bambi'-stippen op de rug. Over het damhert doen verschillende verhalen de ronde: voor de één zijn ze ingevoerd door de Spanjaarden, voor de ander door de Romeinen. Dit vooral voor de jacht en de pracht (privé bezit).

De damherten in het Kluisbos waren eigendom van de eigenaar van restaurant Le Bouquet Roubaisien. In 2006 ontsnapten ze en vluchtten het bos in, waar ze tot op heden nog steeds aanwezig zijn. Er doen een pak verhalen de ronde over nakomelingen, maar tot op heden zagen wij zelf telkens dezelfde exemplaren als deze op die winterdag in 2011.

Volwassen bok Saint-Hubert

Terwijl ondertussen in de andere bossen/bosjes in Zuid West-Vlaanderen en Zuid Oost-Vlaanderen de ree zijn intrede deed, bleef op enkele verdwaalde exemplaren na, het Kluisbos op zijn honger zitten betreffende de aanwezigheid van dit prachtige inheemse dier.

Voor ons was het echter snel klaar en duidelijk: de kudde damherten verhinderde de reeën zich te settelen.

Ondertussen anno 2020 is de populatie reeën in de streek dermate groot, dat een aantal exemplaren zich enkel jaren geleden van de aanwezigheid van de damherten niks heeft aangetrokken, en zich toch heeft gevestigd in het Kluisbos. De nakomelingen die er reeds talrijk aanwezig zijn hebben zich ondertussen ook verzoend met de aanwezigheid van andere fauna, en de recreanten in het bos.
Eenjarig bokje in het Kluisbos

Zie hier rechts het verschil tussen een schuchtere volwassen reebok in Saint-Hubert, en een éénjarige reebok in het Kluisbos die er gerust in is dat hij enkele seconden als fotomodel moet dienen.


Naast het knabbelen aan gewassen – wat ook reeën doen – zorgt het damhert net als het edelhert voor een pak andere schade. Ze beschadigen bomen door schors los te trekken, en vegen hun gewei (wanneer het gewei jaarlijks is teruggegroeid zit er nog een ‘basthuid’ rond die wordt weggeveegd).

In de grote Ardense wouden is de verhouding tussen de grootte van de bossen en de populatie van de herten groot genoeg om de schade te beperken, alsook wordt de populatie van het edelhert onder controle gehouden door de bevoegde wildbeheereenheden.

In onze regio ligt dit uiteraard een pak gevoeliger. Wanneer een ontsnapte populatie damherten snel uitbreidt kan deze onherstelbare schade berokkenen aan de aanwezige fauna en flora.

Oordeelt u zelf: Het damhert: schattige bambi, of toch niet?

Wij hopen alvast dat de dertien ontsnapte exemplaren in Avelgem trouw zijn aan hun kudde, en zelf terugkeren naar hun weide. Dit voor hun eigen veiligheid, alsook voor de toekomst van de biodiversiteit in de Avelgemse Scheldemeersen.

Want zeg nu zelf: wat zou het fantastisch zijn mochten enkele reeën de oversteek van de Schelde of het kanaal Kortrijk-Bossuit vinden, en zich ook in onze prachtige streek vestigen? Wij zullen ze alvast met open armen ontvangen!

Tom en Lien.

Wie meer info wenst over de verschillen tussen de aanwezige hertachtigen in België vindt binnenkort op onze blog een nieuw artikel terug om hierover wat meer kennis op te doen.
Aarzel ook niet ons te contacteren voor extra vragen betreffende dit onderwerp.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De Transardense Route

Inleiding Het begon allemaal in 2011… Lien en ik gingen intussen reeds een tweetal jaar, meermaals naar de Ardennen. Samen z...